Het is belangrijk dat elke cursus een duidelijke introductie, kern en afsluiting heeft. Dit zorgt voor consistentie in het cursusontwerp en herkenbaarheid voor studenten waardoor een meer optimale kennisoverdracht plaatsvindt.
- De cursusintroductie is het welkomstwoord aan de student en geeft een globaal beeld.
- De kern bestaat uit de feitelijke cursusinhoud gestructureerd in blokken, thema's, studietaken en bevat leeractiviteiten die de student helpen de leerstof te verwerken.
- De cursusafsluiting geeft aan hoe de cursus afgesloten wordt: het tentamen en geeft uitleg over de cursusevaluatie.
Op hoofdniveau bestaat een cursus uit 'Eenheden', hiermee breng je structuur aan in het cursusontwerp. De 'eenheden' fungeren als mappen waarbinnen je de pagina's met leeractiviteiten plaatst, eventueel weer gegroepeerd in een map en bieden je de mogelijkheid om leeractiviteiten te structureren en groeperen. Het is niet mogelijk om pagina's met inhoud, leeractiviteiten, opdrachten etc. direct op hoofdniveau te plaatsen.
In deze handleiding beschrijven we de structuur en onderdelen die deel uitmaken van deze cursusintroductie. Er bestaat ook een handleiding voor de cursuskern en de cursusafsluiting.
Je begint door het maken van de eerste eenheid (of tegel) van de cursus: de cursusintroductie eenheid. Deze eenheid of tegel toont de titel van de cursus en een video waarin de examinator zichzelf en de cursus kort voorstelt. Raadpleeg de handleiding om de cursusintroductie eenheid toe te voegen.
In deze cursusintroductie eenheid plaats je een HTML-document met het sjabloon Cursusintroductie. Deze introductie van een cursus bestaat uit vaste onderdelen. In het schema hieronder zie je welke onderdelen dit zijn en welke verplicht en welke optioneel zijn.
- Introductievideo Aanbevolen
- Introductie - Verplicht
- Leerdoelen - Verplicht
- Aanpak - Verplicht
- Tentamen - Verplicht
- Studeeraanwijzingen - Aanbevolen
- Bronnen - Verplicht
- Evaluatie - Aanbevolen
1. De cursusintroductie eenheid met introductievideo (Aanbevolen)
- Aangezien je geen inhoud kunt plaatsen zonder eerst een 'Eenheid' toe te voegen, is de Cursusintroductie 'eenheid' verplicht, de video is aanbevolen.
- Op 'Eenheden' plaatsen we geen tekst. De uitzondering vormt de 'eenheid' voor de cursusintroductie. Hier komt de titel van de cursus plus (optioneel) een introductievideo.
- Een introductievideo zorgt voor betrokkenheid en toegankelijkheid van de examinator en is een manier om het OU-onderwijsmodel uit te dragen.
- Advies is om elke cursus te laten starten met een video (60-90 seconden) waarin de docent of examinator zichzelf voorstelt en de cursus introduceert. Je mag de video op de werkplek met een webcam of telefoon opnemen. Je kunt ook ECO Media inschakelen om de video te laten opnemen. In bijlage 1 staan aanwijzingen hoe je een introductievideo kunt maken.
- Er wordt maar één filmpje geplaatst. Een langere video op deze plek wordt afgeraden. Een langere video kan eventueel wel geplaatst worden bij de eerste studietaak.
- Foto’s of filmpjes van andere docenten, begeleiders of tutoren kunnen onder ‘Begeleiding’ in de Cursusinformatie geplaatst worden.
- Als er geen introductievideo is, kan de examinator een foto plaatsen. Hierover kun je contact opnemen met de ECO contactpersoon van je faculteit.
Voor tips hoe je een introductievideo kunt maken, kun je de instructievideo.pdf raadplegen.
Bekijk hier een voorbeeld introductievideo.
2. Cursusintroductie pagina (Verplicht)
De eerste pagina van de cursus is de cursusintroductie pagina om de student welkom te heten en een korte uitleg te geven over de inhoud van de cursus. Deze pagina is verplicht en bevat de volgende onderdelen of paragrafen.
- Introductie - Verplicht
- Leerdoelen - Verplicht
- Aanpak - Verplicht
- Tentamen - Verplicht
- Studeeraanwijzingen - Aanbevolen
- Bronnen - Verplicht
- Evaluatie - Aanbevolen
Dit is meer dan de zakelijke opsomming van onderwerpen in de statische cursusinformatie.
1. Introductie (Verplicht)
De introductie of inleiding van de cursus geeft een welkomstwoord aan de studenten en een korte uitleg van de inhoud van de cursus waarmee de student enthousiast raakt om te starten met de cursus. Dit is meer dan de zakelijke opsomming van onderwerpen in de statische cursusinformatie.
2. Leerdoelen (Verplicht)
Beschrijf in 7 tot 10 leerdoelen in globale termen wat de student bereikt heeft na het afronden van de cursus, zoals vermeld in het tentamenprofiel en in de statische cursusinformatie.
Een correct geformuleerd leerdoel voldoet aan vier criteria:
- Bevat een actie werkwoord
- Bevat een zelfstandig naamwoord
- Beschrijft het eindniveau van een studenten
- Is helder en niet te detaillistisch.
Een goed geformuleerd leerdoel specificeert het beoogde niveau van de student in termen van concreet gedrag. In de onderwijskundige literatuur wordt benadrukt dat leerdoelen het best beschreven kunnen worden met actieve werkwoorden. Dit zijn werkwoorden die zichtbaar en daarmee toetsbaar gedrag beschrijven, zoals samenvatten of berekenen of in eigen woorden uitleggen. Niet actieve werkwoorden die een proces in het hoofd van studenten beschrijven zoals bijvoorbeeld kennis hebben van of inzicht hebben in, begrijpen zijn niet geschikt in leerdoelen.
Voorbeeld:
Na het afronden van dit onderdeel ben je in staat om:
- zelfstandig, binnen drie weken, een vragenlijstonderzoek uit te voeren en te rapporteren volgens APA richtlijnen.
- een beschrijving te geven van de centrale thema's die te maken hebben met de manier waarop patiënten hun ziekteproces doorlopen (kwaliteit van leven, coping, verliesverwerking, adaptatie en zelfmanagement)
3. Aanpak (Verplicht)
Deze paragraaf is een zo kort mogelijke samenvatting van het didactisch scenario van de cursus. Het is belangrijk dat je aan studenten duidelijk maakt wat ze kunnen verwachten in deze cursus. Het gaat hier om de route die ze gaan doorlopen en welke leeractiviteiten en werkvormen ze tegen gaan komen. Maak daarbij ook duidelijk hoe begeleiding daarbij een rol speelt. Het gaat hier bij aanpak niet zo zeer om de inhoud maar om wat een student gaat doen in de cursus. Geef hierbij een overzicht van wat de studenten gaan doen. Het gaat niet om inhoud.
Voorbeeld 1
In deze cursus bestudeer je zelfstandig het boek [xyz]. De leeromgeving bevat opdrachten om de stof uit het boek te verwerken. Ook worden casussen aangereikt om de theorie toe te passen. Met zelftoetsen kun je nagaan in hoeverre je de stof beheerst. Voorafgaand aan de tentamenweek is er een online vragenuur.
Voorbeeld 2
Deze cursus bestaat uit zelfstudie. Door de opdrachten op deze site te volgen kom je vanzelf alle artikelen en andere bronnen tegen.
Voorbeeld 3
De cursus Formeel strafrecht omvat elf weken. In week 11 vindt het tentamen plaats, zodat de cursusstof is verdeeld over tien weken. Per week staat precies aangegeven welke stof uit de handboek(en) je dient te bestuderen en of er aanvullend materiaal wordt aangeboden (bijvoorbeeld in de vorm van een videocollege, wetenschappelijk artikel of nadere toelichting hier op de cursussite). Een deel van de cursusstof wordt aangeboden via een zogenaamde serious game. Door deze game te spelen, verwerf je niet alleen de nodige kennis over het strafprocesrecht, maar word je vooral uitgedaagd de opgedane kennis in te zetten om de juiste strategische beslissingen te nemen. Hiermee train je op een leuke en innovatieve wijze je vaardigheid in het casus oplossen.
Voorbeeld 4
In deze cursus word je aan de hand van een 5-tal casussen voorbereid op je tentamen
4. Tentamen (Verplicht)
Beschrijf in één zin hoe de cursus wordt afgerond en welke tentamenvorm(en) gebruikt worden. Het is belangrijk om duidelijk te maken aan de studenten wat de tentamenvorm is en hoe het eindcijfer wordt gewogen en bepaald.
Elders in de cursus wordt (just in time) uitgebreidere toelichting gegeven en worden eisen, rubrics of beoordelingscriteria vermeld en de manier van aanmelden en indienen van een eindwerkstuk. Hier in de introductie volstaat het om alleen de tentamenvorm te noemen.
Voorbeeld 1:
Het tentamen van deze cursus bestaat uit een regulier schriftelijk tentamen met open vragen en daarnaast uit een instuuropdracht die met een voldoende afgetekend moet zijn. Informatie over aanmelden vind je in de cursusnavigatiebalk onder Cursusinformatie, Tentamen.
Voorbeeld 2:
Het tentamen bestaat uit een DIT tentamen. Informatie over aanmelden vind je in de cursusnavigatiebalk onder Cursusinformatie, Tentamen.
5. Studeeraanwijzingen (Aanbevolen)
Studeeraanwijzingen worden altijd opgenomen in de cursusintroductie en de opdrachten. Indien relevant kunnen in de taakintroductie of blok-/thema-/weekintroductie studeeraanwijzingen opgenomen worden.
Studeeraanwijzingen in een introductie (cursus/blok/thema/week) geven aan hoe de student het beste kan studeren, plannen, opdrachten voorbereiden etc. Dit zijn aanbevelingen en adviezen die je aan studenten meegeeft om beter de leerstof te kunnen begrijpen of om optimaal voor te bereiden op het tentamen.
6. Bronnen (Verplicht)
Hier in de introductie worden de verplichte bronnen, zoals boeken, applicaties etc., vermeld van de cursus die onderdeel zijn van het tentamen, ofwel de tentamenstof. Dit is puur bedoeld om een overzicht te geven te geven van de bronnen die de student nodig heeft bij het bestuderen van de inhoud. De bronnen zijn daarom niet aanklikbaar; dit is op het niveau van de opdracht wel het geval.
7. Evaluaties (Aanbevolen)
Beschrijf hier welke verbeteringen je in de cursus hebt aangebracht naar aanleiding van evaluatieresultaten uit de voorgaande cursusrun. Hiermee informeer je de student over de aanpassingen in de cursus naar aanleiding van eerdere evaluaties van de cursus. Dit motiveert de studenten tevens om hun mening en aanbevelingen te delen in de evaluatie aan het einde van de cursus.
Voorbeeld
Naar aanleiding van de evaluatie van de vorige run:
- Is de online klas verplaatst na week 2 zodat er een betere spreiding is van de studielast over te taken
- Is extra uitleg toegevoegd als feedback op lastige vragen.
- Is overgestapt naar een actueler handboek.